EIN-DE-LIJK! Lang heb ik gewacht om deze te lezen. Ik wilde het perfecte moment afwachten en dat zou de vakantie worden op Vlieland. Lekker in de trein, boot en @tante.meeuw lezen. Beetje gruwelen en zweten van de spanning. Maar toen we van huis vertrokken zat ik nog in Frostheart. En daarna kwam Films die Nergens Draaien er ineens tussendoor. Halverwege de week is het dan toch eindelijk zover. Het was zo hard genieten geblazen met deel 1 dat ik zin heb in nog harder genieten van deel 2. Recipe or disaster zullen we maar zeggen. Want als ik me zo hard verheug kan het alleen maar mis gaan. Ik ga beginnen in The Lost World. Ik ga lezen. Tot zo.

Zes jaar later is het sinds het Jurassic Park probleempje. Het park is helemaal opgedoekt. Maar nu blijkt er heeeeel misschien toch nog iets te zijn over gebleven. Er zijn wat mensen die op onderzoek uitgaan. Vooral 1 iemand. En dan later nog wat iemanden. Sommige met goeie intenties en andere met wat motieven waar we onze vraagtekens achter kunnen zetten.

Vol goede moed begin ik. Lekker hoor. Wel is er iemand levend die eerst dood was. Maar goed. Dat zie ik door de vingers. Ik snap het ook wel. Het is een karakter dat je erin wilt hebben. Als ik dit boek had geschreven had ik het waarschijnlijk niet anders gedaan. Wel had ik het in het Nederlands geschreven. Een engels boek schrijven lijkt me toch wat pittig. Helemaal zoiets als een Science-Fiction. Want dat is dit. Het is allemaal weer zorgvuldig in elkaar gezet maar het is geen literatuur. Denk ik. Ik heb geen idee. En dan begint de actie…

Welnee. Dat duurt nog wel ff. En dat maakt dat de moed die ik zojuist nog had me in de schoenen glijdt. ‘Wanneer begint het nou eens echt?’ Is de vraag die ik me regelmatig stel. En elke keer probeer ik me ervan te overtuigen dat het snel komt. Maar nee… Het duurt maar en het duurt maar. De urgentie van dit verhaal is voor mij ver te zoeken. Bij Jurassic Park heb ik die wel. Er is een soort van nieuwe dierentuin. Er is lang naartoe gewerkt om dit te realiseren. En dan breekt de pleuris uit. Er zijn een hoop mensen op het eiland en die moeten er wat mee. Die pleuris breekt ook nog eens uit *spoiler-alert* door iemands toedoen. Het had niet zó fout hóéven te gaan. Maar in the Lost World is dat anders. Op zich niet erg natuurlijk. Het idee dat er dino’s zijn op een verlaten eiland klinkt wel tof. Maar hoe het mij wordt verkocht vind ik méh.

Nu klink ik wel erg negatief. Je hebt al gezien dat er 3,5 maan boven te vinden zijn en dan moet er toch wel iets zijn wat tof is. Ik denk dat het vooral te maken heeft met dat het deel twee is. Dat het toffe al geweest is maar dat het wel een fijne aanvulling is op wat er al was. Dus genieten doe ik er wel van maar echt op het puntje van m’n campingstoel ben ik niet gaan zitten. Kan ook niet trouwens. Dat zijn van die kuipachtige dingen weet je wel? Zeer onprettig. De punt dan hè. Och! Wat zit ik nou te wauwelen. Helemaal niks van waar. Tegen de tijd dat ik aan The Lost World begon heb ik de stoel omgeruild voor de strandstoel. Lekker bekleed met schapenvachtjes en helemaal onderuit gezakt. Hiermee maak ik het “puntje van me stoel” ding wel beter. Want op de punt van een strandstoel zitten is echt vreselijk.

Even terug naar het boek want ik vond het prima. Het kwam alleen niet zo binnen als Jurassic Park. Die zou ik je aanraden. Ik zou je aanraden om het daarbij te laten. Tenzij je het echt meeeeeeeega vet vond! Zoals ik. Dan moet je deze ook lezen. Gewoon daarom.
Ik heb nog niks over de actie verteld. Nu lijkt het alsof die niet meer gaat komen. Die komt dus wel. Maar tegen de tijd dat ik bij het stuk aankom dat eindelijk de hel los barst ben ik eigenlijk al tot de conclusie gekomen dat het me niets meer uitmaakt. Als iedereen sterft maakt het niets uit. Voor niemand. Misschien zijn er wat mensen verdrietig maar dat is het dan ook wel. Het had allemaal net zo goed niet hoeven te gebeuren. Er is niets bereikt. Alleen wij als lezer weten allemaal dingen en met die info kunnen we vervolgens helemaal niets. Als wij ermee naar de overheid o.i.d. gaan dan geloven ze ons toch nooit. Ach tja… Ondanks mijn gezeur over dit boek was het de beste, fijnste en meeste relaxte vakantie in jáááááren.