Ik ben verliefd op Jenny. Vanaf het moment dat ze op het scherm verscheen. Maar voordat jij als lezer (of luisteraar) een zenuwinzinking krijgt moet ik je natuurlijk wel vertellen wat ik daarmee bedoel. Want de liefde van m’n leeeeeeve is nog steeds de liefde van m’n leeeeeeve. Het is namelijk niet echt. Echt echt bedoel ik dan. Ik ben niet echt echt verliefd op Jenny. Ik zeg soms dingen die spreekwoordelijk zijn en dit is daar een voorbeeld van. En als het niet spreekwoordelijk is dan is overdrijven ook iets waar ik me met enige regelmaat van bedien. Maar hoe heeft het kunnen gebeuren dat ik verliefd ben geworden op Jenny? Dat komt door @dekinderboekwinkel. In een vooraankondiging voor de LeesLive die Kirsten ging doen met Jenny vertelde ze al iets over haar boeken. En als ze daar dan Lisa in noemt (waar ik overigens ook ontzettend verliefd op ben maar niet echt echt verliefd) blijf ik luisteren. Mijn interessemeter gaat meteen aan. Maar in de uitzending kwam ik pas echt achter dat ik haar boeken super wonderlijk graag wilde lezen en bestelde ik meteen deze. Dus ‘De Super Wonderlijke Reis van Freddie’. Mijn eerste van Jenny en hopelijk niet de laatste. Ik moet je bekennen dat ik het zou laten liggen als ik het zou tegenkomen in de winkel. Dat komt natuurlijk omdat ik Jenny dan niet zou kennen en zou denken dat het te kinderachtig zou zijn. De titel spreekt me niet echt aan en het artwork is niet zo mijn ding maar wat is het dan fijn om de auteur erover horen te vertellen. En de Jennyvibes vind ik heel erg fijn en zorgen er dan voor dat ik het toch ga kopen. Een enthousiaste vrouw die ik heel erg echt echt grappig vind, ze lijkt super toegankelijk en weet waar ze het over heeft. Denk ik. En anders doet ze gewoon heel goed alsof. Maar dat zal wel niet. En als het wel zo is weiger ik het te geloven. Na elke minuut van dat gesprek wilde ik meer en meer haar boeken lezen. Het zou volgens Kirsten en Jenny grappig moeten zijn, hartverwarmend en emotioneel. In mijn hoofd zit ik al een beetje te hopen op een nieuwe ‘De Jongen Onder Water’. De onderwerpen waar ze over schrijft, en vooral bij deze, liggen dicht bij me en eigenlijk kan het niet anders dan awesome worden. Na al dit geouwehoer ligt inmiddels het boek op de deurmat en kan ik beginnen. Dit keer heb ik de verwachting zelf groots gemaakt dus als ik het stom vind is het m’n eigen schuld. Ik ga lezen. Tot zo.
Freddie zijn oma is dood. Niet echt een relaxte gebeurtenis. En door bepaalde dingen die ik niet uit de doeken ga doen gaat Freddie op zoek naar zijn biologische vader. Dat doet hij met Ben en Charlie. Zijn beste maten. En die reis is dus super wonderlijk. Waarom dat zo is moet je maar lezen. Net als ik.
Dit is Freddie. Een elfjarige feitjeslover. Dat had ik nog niet verteld in de mini-synopsis. Was het wel eigenlijk een synopsis? Internet zegt dat alle hoofdpunten in een goeie synopsis staan. Hmm… Maar als ik dat ga doen krijg je allemaal spoilers om je oren. Dat wil je ook niet. Ik concludeer dat het geen synopsis is. Eerder een tekst die je vind op de betere achterflap. Dat zeg ik gewoon. Bescheiden als ik ben. Even terug naar Fred. Nu lijkt het alsof Freddie alleen dat is. Een feitjeslover bedoel ik. Ik denk ik zeg het nog ff want het is alweer een tijdje terug dat ik het zei. Maar dat is hij absoluut niet. Wel een lover van feitjes maar hij is niet alleen dat dus. Hij is meer. Freddie is ook ontzettend grappig (vaak niet wetende dat hij zo grappig is), loyaal en knetter lief. En het kost me dan ook geen moeite om Freddie in m’n armen te sluiten. Behalve dan dat hij in een boek zit. Dus toch wel een beetje moeilijk om in mn armen te sluiten. Met een beetje fantasie lukt het wel denk ik. Maar ook zijn twee vrienden. En zijn vader. Alleen duurt dat nog wel even voordat dat gebeurd. Welke vader ik bedoel houd ik geheim. En dat duurde dus wel langer. Met die vader in de armen sluiten. Hij gaat er in ieder geval voor zorgen dat ik ga… even verder nu. Dat komt later.
De vergelijking met Lisa Thompson snap ik. Maar Lisa zoekt wel meer de emotie op. Ze maakt ze voelbaarder. Dat is trouwens niet waar. Wacht. Uuuhm… Misschien ken je de boekeb van Maz Evans wel! ‘Chaotische Goden’ bijvoorbeeld. Groots en soms hysterisch maar wel heel duidelijk de emoties. Jenny zoekt het ook in de humor, en gevonden, en het gebeurd dan ook veeeeeeel meer dan eens dat ik Melis, waar ik wel echt echt verliefd op ben, super grappige stukjes voorlees. En er zit een classic voor haar tussen. Iets met zebra’s. Twee uur later hoor ik haar nog lachen ‘hehehe zebra(als je het hele grapje wilt weten moet je het maar lezen)’. Ik kan me de laatste keer niet herinneren dat ik zo vaak hardop moest grinniken om een boek. Dat zijn toch keiharde punten waard zou je denken. Dat is het ook. Niet dat je denkt dat ik dat niets waard vind. Die grapjes hebben allemaal de juiste plek gekregen. Voor mij tenminste. Het werkt goed voor mij. Misschien niet voor jou. Dus niet bij me aan komen kloppen als je het te flauw vond en je geld terug wilt. Niet mijn schuld.
De reis die ze maken is insane. Maar ook die klopt. Wederom voor mij. Nog steeds niet mijn schuld. Ondanks dat het een opeenstapeling is van ongeloofwaardige dingen. En toch zou het kunnen. De reis zorgt ervoor dat de vrienden groep van drie een groep van vier wordt. Daarmee bedoel ik dus dat ik hun vriend ben geworden. Dat weten zij niet. Ik weet niet in hoeverre dit ethisch verantwoord is. Wat ik wel weet is dat ik wil dat Freddie gaat vinden waar naar hij op zoek is. Ik kan het me namelijk zo goed voorstellen. Dat is vast ook de reden waarom dit boek goed voor me werkt.
Tijdens hun reis gebeuren er wonderen. Althans… dat wat mensen als wonderen zouden kunnen beschouwen. Freddie is van de feiten. Dat weten we. Maar Freddie heeft geen antwoord op de vraag waarom mensen niet moeten denken dat wonderen bestaan. Die heb ik wel voor je Fred. En eigenlijk wordt de vraag ook wel in het boek beantwoord. Toeval. En toeval is nog mooier dan een wonder. Vooral omdat wonderen niet bestaan. En dat maakt dit boek zo grappig voor me. Die insane reis waar ik het over had die klopt doordat toeval bestaat. En deze toevallige dingen kunnen gewoon. Wat mij betreft. Maar goed. Waar was ik. Ik ben vandaag wat lang van stof. Deze soort van recensie gebruik ik namelijk om het een en ander uit te stellen. Zolang ik hier mee bezig ben kan ik simpelweg niet beginnen aan het nadere. Wat ben ik toch een slimme jongen. En ik ben nog niet eens aangekomen bij het gedeelte waar de papa van Freddie mij zo weet te raken dat ik keihard moest wenen. Ik zeg niet welke papa. Laat ik daar nu maar over beginnen dan. Of ben ik er al over begonnen?
Wacht! Voor ik dat doe ga ik een piepklein beetje zeuren. Want het is allemaal net iets te positief. Ik heb heus wel wat dingetjes hoor. Zoals dat ik Jenny haar nieuwe boek ‘Grandpa Frank’s Great Big Bucket List’ in het Engels ga lezen. Ondanks dat de vertaling denk ik niet beter had gekund denk ik toch dat het origineel beter is. Dat er nog meer grapjes in zitten omdat alle grapjes die gemaakt worden sowieso werken in het engels. Denk ik. Weet ik niet zeker. Daarvoor moet ik het dus lezen. Als ik dan nog meer te zeuren heb, maar dit is een smaak ding (net als dat wat ik zojuist zei), is dat er best meer emotie in mag. Gewoon harder. Gewoon zo van BAM! Zoals Lisa dat doet. Maar dan zou het een ander boek worden. Eigenlijk heb ik een super goed beeld van Freddie zijn gevoelens gekregen. Ik moet niet zo zeuren. Waarom moet dat nou weer? Vergeet maar wat ik zojuist heb gezegd. Nu ga ik naar dat ene waar ik een tijdje terug over vertelde.
Zit ik een beetje lekker te lezen is het einde alweer in zicht. Op bladzijde 254 lees ik wat de papa van Freddie tegen hem zegt. Welke papa vertel ik niet. Er dreigt het volgende te gebeuren. Waterlanders. Maar met al mijn kracht weet ik het nat weer terug te pompen waar het vandaan kwam voordat het m’n wangen over glijdt. EAT THAT EMOTIES! Moehahahaha! En niemand die het heeft gezien! Maar zojuist zei ik nog dat ik moest blèren en nu zit ik stoer te doen dat ik niet gingen zitten te snikken. Het lijkt nu alsof ik niet wil huilen omdat dat niet stoer zou zijn. Gelukkig weet de gemiddelde lezer van een soort van recensie of luisteraar van de podcast wel beter. Nu recht zo die gaat naar het moment van grienen.
Het boek is uit. Melis zit naast me en vraagt hoe het was. Of het de nieuwe Lisa is. ‘Dat niet’ zeg ik ‘maar ik moest wel bijna huilen.’ Ik kom er natuurlijk niet onderuit om te vertellen waar dan om. En met het zoeken naar de bladzijde dacht ik weer iets te voelen. Als ik de bladzijde heb gevonden en de pagina scan welk stukje ik moet hebben, vinden m’n ogen het zinnetje waar ik naar op zoek ben. Het zijn eigenlijk twee zinnetjes. Net was ik nog zo stoer dat ik m’n emoties de baas was maar nu gooi ik m’n hoofd naar achteren en stroomt het uit m’n ogen. Het water. Ik moet dus een beetje huilen. Redelijk wat zelfs. Niet gewoon een traantje maar echt met snikken, schouders die op en neer gaan en alles en zo. Melis pakt het boek van over en doet hetzelfde als ik. Niet huilen maar wel de pagina scannen. Want ik heb het haar niet kunnen vertellen. Ze weet precies waar ze moet blijven hangen. Wel moet ik een beetje context aan haar geven. Het feitje dat de papa van Freddie niet… Die zin maak ik hier niet af. En dan begrijpt Melis het nog beterder. Ergens dacht ik dat ik er wel overheen zou groeien. Maar volgens mij blijft dit altijd pijnlijk. Als het zo duidelijk staat geschreven kan ik er niet meer onderuit. En dat is niet erg. Ik vind het wel fijn en mooi geloof ik. En weet je… Ik las het, datgene wat die pa zei, en toen dacht ik ‘Ja. Zo hoort het.’ Maar de gedachte die nog daarvoor zat was ‘Dat wil ik ook.’